Johan Meijer werd geboren in Amsterdam en vestigde zich in 1912 in het Gooi, eerst in Laren en daarna in villa 'Le Paradou' in Blaricum. Veelvuldig trok hij er op uit om de natuur te schilderen, met een voorkeur voor landschappen met bomen. Zijn zomer- en winterlandschappen hebben een grote coloristische kwaliteit. De zomergezichten signeerde hij in rood, de winters in blauw. Zijn opleiding kreeg de schilder aan de academie in Amsterdam en daarna van de impressionist A.M. Gorter. Een studiereis naar Parijs bracht hem in aanraking met het neo-impressionisme, dat in veel van zijn schilderijen terug te vinden is.