Heijenbrock wordt wel de ‘schilder van ijzer en vuur' genoemd. Aanvankelijk was hij journalist-tekenaar. Na een reis in 1898 naar de Belgische Borinage begon hij met het schilderen van de arbeidende mens in een wereld van techniek en machines. Zijn motieven vond hij in mijnen, fabrieken, havens en ijzersmelterijen. Niet het troosteloze leven van de arbeiders verkoos hij weer te geven, maar de heroïek van hun werk, voortkomend uit een heilig geloof in de vooruitgang die de techniek de mens zou brengen. Ook de uitvinding en toepassing van kunstlicht fascineerden hem als bijzondere verworvenheden van de techniek.